Jericó: Wolkachtige bergen, een gala en een mysterieuze zondagochtend

12 september 2022 - Jericó, Colombia

Zaterdagochtend, 8:07, voor het dichte winkelcentrum, in de zon en een beetje verdwaald. Op straat voel je de opwinding van het startende weekend: een soort ontspannen vrolijke drukte.

Wolkachtige bergen en een gala

De groep musici is nergens te bekennen. Na wat telefoontjes blijken ze al klaar te zitten in het bestelbusje achter het taxi pleintje, iedereen nog slaperig en omgeven door viool-, cello- en contrabas koffers. Estefania komt me hijgend ophalen en kletst honderduit. Kort na vertrek belanden we in een file die na een halfuur tot stilstand komt. Een "derrumbe" waarschijnlijk, zeggen ze. Dat is een verzakking van een bergwand die zich uitspreidt over de smalle tweebaansweg. Na een aantal uur leek dat uiteindelijk verholpen te zijn (ze hadden zelden zulke vertraging meegemaakt op hun tours, wat een eer dat mee te maken). We komen om 13:30 aan op de concertlocatie in Jericó, met flink wat uren vertraging. Al snel is die vergeten en betreden we het Maja Museum, een prachtig huis gewijd aan antropologie en kunst van de regio Antioquia, met rode muren, een witte balustrade en een houtgelakte, licht krakende vloer. Na inspectie van het kleine tapijten podium en wat gelach over elleboogstoten met strijkstokken, installeren we ons in een sympathiek hotel onderaan het dorp. Vervolgens een dorpskantine in voor een typische lunch: de "bandeja", ofwel een bord vol rijst, bonen, ei, avocado, banaan, salade, en heel veel vlees - ontworpen voor het zware boerenwerk op de Colombiaanse berghellingen. Zonder het vlees is het nog steeds ruim voldoende dus dat is mooi. Er worden allerlei grappen over tafel gemaakt over verschillende kip soorten in Colombia en Bolivia (met of zonder honing), en culturen en talen worden vergeleken zowel tussen de nationale regio's hier als de verschillende gewoontes binnen het Latijns-Amerikaanse continent. Veel nuances begrijp ik nog niet, maar juist daardoor voel ik hoeveel ik nog ga leren over alle verschillende culturen in deze hoek van de wereld die vaak allemaal in éen hokje worden gegooid. Ook vertellen ze over deze zomer: ze waren op tour in California en gaven twee enorme concerten, waaronder in de Hollywood Bowl onder leiding van de bekende dirigent Gustavo Dudamel. Ook reisden ze in Zwitserland en Oostenrijk waar ze samenspeelden met lokale orkesten en iedereen ultiem vriendelijk vonden. Langzaam krijg ik door met wat voor niveau ik te maken heb; de Iberacademy werkt met gigantisch veel talent. 

Na een dorpswandeling door de steile gekleurde straten met uitzicht op ál dat groen op zo'n 2000m hoogte (dat went nog lang niet!) is er een repetitie in het museum. De akoestiek is goed en de muziek vult alle expositie ruimtes terwijl ik de verschillende museumzaaltjes bekijk, met oude documenten, beeldjes en kaartjes. In een deel van de zalen zijn tafels wit gedekt met bloemen, glanzende glazen en de late middag zon op de binnenplaats. Ik ben benieuwd naar deze avond, en na een korte siesta en wat rondstruinen op het marktje van het dorpsplein mogen we als eerste weer naar binnen. Het orkest is getransformeerd van baggy broeken en slonzige shirts naar strak en shiny, zwartgeklede artiesten die dit duidelijk al jaren doen. Jacobo, de clarinet soloist draagt een kobaltblauw overhemd en zal zo het concert openen met zijn gevoelige clarinetverhaal dat zojuist al even klonk. Ik vind hem niet aantrekkelijk maar zijn manier van spelen is zó betoverend dat hij tijdens de muziek verandert in een soort Oosters ogende engel met lange haren die alles van het leven lijken te begrijpen. Chique geklede Colombianen staan in rij te wachten, met bungelende oorbellen, lage hakjes en fleurige jurken, de avond valt en we gaan naar beneden om warm te spelen in de museum bibliotheek. Diego uit Peru geeft aan graag Engels les te willen om zijn contrabas carriere voort te zetten in Europa - de meesten hier willen naar Duitsland of Oostenrijk naar de wortels van de muziektheorie - en we kletsen over de sociale kracht van muziek, over hoeveel hen dat hen van jongs af aan heeft gebracht, en ik merk op dat we dit soort muzikale talentontwikkelings projecten amper hebben in Nederland.

Met opgewonden kriebels ga ik naar boven, en een van de gala presentatoren leidt me naar de hoektafel voor de "Concertistas". Ze spelen geweldig, het klarinet concert met veel emotie en hele voorzichtige piano's (rustige, stille momenten), en alles gestroomlijnd door de bevlogen dirigente Lesley. We krijgen diner geserveerd en na het dessert (en wat glazen wijn) betreden ze nog een keer het podium. De presentator buigt zich naar mij toe en vraagt me wat ik dan eigenlijk speel. Ik vertel dat ik pianist ben maar niet mee speel met de Iber musici, dat ik nu alleen mee op tour ben. Voor ik het weet beent hij zich een weg naar de microfoon, gebaart te wachten met het volgende optreden en kondigt aan: "Dames en heren, graag nog even uw aandacht voor deze dame Maite, een internationale concert pianiste met prachtig talent, ze komt helemaal uit Nederland, maar is óok onderdeel van de Iberacademy alleen helaas hebben we geen piano concert vandaag. Een enorm applaus voor deze artiest en ontzettend bedankt voor jullie komst!" Voorzichtig kijk ik op en zwaai, en ik herinner me dat hiervoor net is genoemd dat er 165 gasten aanwezig zijn. Een onverwachts eerste moment van lokale beroemdheid! Ik schrik enorm en grimas bij deze complete misinterpretatie; het orkest kijkt me al net zo verbaasd aan. Wat een show man is dit! Na het applaus en innerlijk gegiechel besluit ik dat het dan maar een grappig verhaal is om achteraf aan mijn nieuwe muziek vrienden uit te leggen... Er volgt een enorm gepassioneerd stuk dat leidt tot daverend applaus en een toegift van hetzelfde stuk met een staande ovatie en vele "bravo's!". Mensen komen met complimenten naar onze tafel terwijl we onze koffiepudding opeten. Bizar om ineens deel te zijn van zo'n succesvolle groep, zonder zelf een noot gespeeld te hebben. Nagenietend lopen we naar huis, ze zijn blij met het resultaat en werden uitgenodigd vooral vaker te komen optreden, en een aantal spreken me lachend aan over de concertpianist situatie, die zoals gehoopt inderdaad het laatste ijs lijkt te breken tussen deze muzikanten en ik als vreemde vogel, de 'vrijwilliger uit Holanda' die een paar maanden gaat 'helpen met vanalles'. De sterren stralen rustig over het dorp en sluiten dit sprookjesachtige muziek-museum-gala-benefiet-diner passend af. 

Een mysterieuze zondagochtend

De volgende ochtend had amper een groter contrast kunnen zijn, en wijst me op de bitterdere zijden van dit gepassioneerde land. In Medellín zie ik dagelijks daklozen en junks in slechte condities, en het rare is dat dat ook langzaam gaat wennen. Bij dit idyllische bergdorp Jericó - de favoriete tourlocatie van meerdere muzikanten uit de groep - leek gevaar me dan ook een overbodige twijfel. Natuurlijk schoot het wel even door mijn hoofd, maar na even checken met de hotelschoonmaakster stapte ik de lege straat op voor een ochtendwandeling. De jonge, frisse lucht moedigt aan en vrolijk zet ik koers richting de kerk. Ik was om 5:50 wakker gebeld door de haar klokken (de zondagdienst start hier om 6:00!), en dan is het al licht hier. Dus startte ik mijn wandeling naar de heuvel net buiten het dorp, met een groot wit Christus beeld erbovenop, een recept dat ik maar al te goed ken van eerdere reizen in Zuid-Amerika, waaronder het moment dat ik met Lizzy in Nicaragua werd beroofd door een jongeman uit het dorp, die we toen ondanks (of misschien juist dóor) zijn rode bandana en grote kapmes zijn gaan volgen, recht de berg op, naar jawel, een groot Christus beeld. Wellicht, bedenk ik nu achteraf, was dat een teken voor de rare geesten die er rond zo'n spionerende dorps-Jezus zweven.

Enfin, de witte Christus leek me een prachtig uitzichtpunt om de dag te starten (hij stond daar niet voor niets), om de vallei te bewonderen en wat groene energie op te slaan voor terugkeer naar de stad. Google maps gaf 23 minuten lopen en 100 meter stijging aan. Op het centrale plein liepen de eerste marktmannen en cafévrouwen al wat te rommelen, ik zag wat oude stellen zitten door de open kerkdeuren waar een vrouwelijke priesterstem uit klonk. De klim begon en ik naderde de entree van het dorp. Net voor de laatste afslag die het dorp uit slingerde, komt een verwarde man me tegemoet lopen. Er zit bloed op zijn gezicht, hij lijkt gehypnotiseerd en loopt zwalkend langs me heen. Ik vind het vreemd maar oordeel dat het verder niks met mij te maken heeft, en ik heb ook geen zin om meteen die kleine veiligheidstwijfels te bevestigen. Na een paar minuten passeer ik een kleurig beschilderde basisschool. Uit een achtertuintje rechts schiet een hond de weg op die me nieuwsgierig aankijkt. Achter haar komen twee jongemannen de berm uit, en de achterste gebiedt de hond mij, "esta muchacha" te begroeten. Ik glimlach, de hond is lief, de mannen kijken wat vreemd. "Ben je buitenlands?" Vragen ze. "Hier is alles écht veilig hoor, geen zorgen!". En ze lopen voor me uit. Ik adem uit en besluit dit geruststellend te vinden. Nog geen twee minuten later komen weer twee andere figuren de steile weg aflopen, ze kijken beiden toch redelijk verwilderd uit hun ogen en de voorste begint tegen de gasten die voor mij uit liepen te schreeuwen. Twijfelend loop ik om de situatie heen. Dan stoppen ze alle vier met hun communicatie en kijken me aan, "Oh, niks aan de hand hoor, loop maar rustig door!" Lachen ze. Goed, onderlinge geschillen hebben niks met mij te maken en ik wil graag naar het uitzichtpunt. Ze lopen alle vier omlaag, het wordt stil, de lucht is licht, wit-achtig, er slapen twee koeien achter een houten hutje op weelderig gras, en het groen lacht me toe. 

De weg mondt uit in twee opties: slingerend naar links of rechts een open parkeerplaats op - of eigenlijk meer een soort beige grind veld. Naar rechts loopt een stenen pad en kort daarna zie ik Christus' rug over het dal uitkijken. Bonjour Jesus! Triomfantelijk start ik het laatste pad. Dan hoor ik ineens een motor achter me, en ik word gepasseerd door een politiemotor met twee grote gele politiemannen erop. Ze rijden zo dwars over het stenen paadje de grasheuvel op, op Christus af. Tot mijn opluchting zie ik links een relaxed uitziend ouder stel foto's maken bij het "I <3 JERICÓ" logo, wat daar trouwens als een grote verrassing staat, blijkbaar ook over dat hobbelpaadje heen vervoerd. Ik glimlach, zoek wat bevestiging bij het stel dat me helaas niet weder-glimlacht, en ga zitten op de hoek van het letter-standbeeld. Voor me groene bergen, daar onder ontwakende boerderijtjes, en de uitwaaiers van het dorp liggen nog rustig te slapen. Als ik naar rechts kijk zie ik de politie in gesprek met een groepje mensen die vóor het beeld zitten. Uit de verte had ik daar al wat beweging gezien maar ik nam aan dat dat bedevaarts mevrouwtjes waren. Er worden wilde armgebaren gemaakt, en een van de politiemannen daalt wat af op de grasheuvel en vist een wit voorwerp uit het gras. Ik weet tot nu nog niet wat het was, maar het had een langwerpige vorm en de politie zwaaide er veelbetekenend mee voor ze het in beslag nemen. De groep wordt weggestuurd, en ik zie zo'n vijf dronken mensen op me af lopen. De politie zegt adios en gaat ervandoor. De meesten lopen door terug richting de parkeerplaats, maar de achterste man komt op mij af. Hij is duidelijk lam en van plan met mij te gaan praten. We raken in een lang gesprek waar ik niet per se zin in heb, maar wat toch ook wel interessant wordt. Hij komt uit Comuna 13 - de voorheen meest gevaarlijke drugsbuurt van Medellín, nu een populaire buurt voor toeristen om langs een graffiti-tour het criminele verleden van de omgeving uitgelegd te krijgen door de kinderen van ex-criminelen en slachtoffers van de gewelddadige (recente) geschiedenis. Dat ik moet langskomen, zegt hij, ook bij zijn project "Terrazzas Verdes", een organisatie die hij zegt te hebben opgericht voor moeders en familieleden van lastige families in die wijk om samen te tuinieren (de organisatie bestaat trouwens echt: https://colombiavisible.com/terrazas-verdes-para-alimentar-a-los-habitantes-de-la-comuna-13-de-medellin/).

Het zijn interessante verhalen, ook over de nationale politiek, maar tegelijkertijd wil hij vanalles van me weten, is hij dronken, staat hij te dichtbij, en verzin ik uit stress dat ik Isabella heet. Hij kijkt naar mijn oorbellen en houdt vervolgens zijn arm naast de mijne. "Kleur maakt niet uit. We zijn allemaal gelijken. Vroeger groeiden we hier op als bandieten. Maar dat zijn we niet meer hoor, al is dat natuurlijk wel een makkelijke uitweg!". Ik knik instemmend en probeer hem in te schatten zonder te veel oogcontact te maken. Dan komen van achter dat stomme Jérico beeld ineens twee anderen van de groep teruggelopen, beiden ook duidelijk dronken maar al snel blijken ze wat rustiger en de jonge vrouw vooral verliefd op haar grote metgezel - beiden zijn ze in dit dorp geboren, vertellen ze. Er wordt wat gelachen en naast mijn ongemak komt er toch ook nog wel een boeiend gesprek uit over de vergelijking tussen Nederland en Colombia, hoe het opgroeien hier is, het klimaat, en hoe wereldwijde problemen als rijk-arm verschillen en inflatie uiteindelijk echt overal wel in de weg zitten. We lopen gezamenlijk het eerste pad terug en nog wat andere verdwaalde dronkelappen schreeuwen ze toe. "Mucho gusto, maar ik ga echt nu", zeg ik duidelijk. Het stel heeft het door, maar de man herhaalt eerst nog tien keer dat ik langs moet komen om al zijn broers te ontmoeten, en drukt me een visitekaartje met "African Tours" in de hand. Ik bedank en zet de pas erin. Het is nog geen 7:00 maar ik heb al een berg aan indrukken te verwerken - letterlijk. De weg terug is rustig, de koeien liggen nog steeds te slapen en eenmaal bij het dorpsplein zijn er al een aantal terrassen bekleed door koffiedrinkende pleingenieters. 

Ik bestel een grote mok koffie en probeer wat te reflecteren op deze vreemde ochtend. Uiteindelijk ging alles goed. Heb ik me bedreigd gevoeld? Dat ook. Kan ik dit zo met de groep bespreken? Beter van niet, die raden al de hele tijd aan voorzichtig te zijn en niet zomaar alleen op pad te gaan. Ik ben er ook achter dat de meesten veel vervoer met taxi's doen, niet wandelen, laat stáan fietsen, überhaupt niet sporten, ontzettend veel fastfood eten (de dirigent van het orkest nam een fles frisdrank mee in haar bed!), en in hun vrije tijd vooral thuis zijn - ze zijn dan ook continu moe, wat wonderbaarlijk genoeg geen weerslag heeft op hun muzikaliteit. En dit is zelfs nog een van de meest intelligente en getalenteerde groepen van Medellín! Maar oke, ander onderwerp. We pakken de spullen in en eten bij de mooiste ontbijttent van het plein, op uitnodiging van het museum. De Iberacademy heeft het goed geregeld en ik besef dat deze muzikanten - hoewel het een sociale ontwikkelings organisatie is - alsnog ver boven heel veel lagen in deze samenleving staan. Het bestelbusje terug gaat bijna 3x zo snel, zonder bergverschuivingen en met heel veel wolken en mist. Ik zit naast een van de violisten, sluit mijn ogen en zet Norah Jones voor wat bekende ontspanning. In de bochten leun ik wat tegen die aardige violist aan, en dat geeft me een onverwachts gevoel van veiligheid dat ik misschien wel even nodig had. Deze groep is ontzettend gezellig, lief en geïnteresseerd. Onze levensstijlen en geschiedenissen daarentegen zijn echt enorm anders, en muziek is weer eens de meest verbindende taal, nou goed, en Spaans dan. Ik moet me wat gaan aanpassen aan het leven hier, en vooral een manier vinden om dat te doen zonder het idee te hebben mijn veiligheid, nieuwsgierigheid en verlangen naar activiteit in te leveren. Wordt vervolgd. 

"Leer es revolución"

De middag is nog vroeg, en ik pak de metro naar de Universidad, waar de "Feria de Libros" plaatsvindt, een gigantische viering van Het Boek met overal dus vooral boeken, maar ook muziek, eten, en culturele stands. Na wat ronddwalen vind ik een dichtende jongen die tegen een hekje zit met een typemachine, waar hij 'verrassingsgedichten' uitdeelt op vrijwillige donatie. Ik kies er een met als titel "El Destino", ofwel "Het Lot", met als slotzin dat we allemaal uiteindelijk gewoon dood gaan. Interessante keuze voor dit weekend. Dan ineens komt de oplossing voor al deze emoties bovendrijven: een boek lezen van een Colombiaanse vrouwelijke schrijfster. Hoe schrijven die aan tegen al die hevige mannelijkheid hier? Ik kies drie boeken, fictief met politieke thema's, over een opgroeiend jong meisje tijdens haar eerste liefde, over opgroeiende jongeren die hun plek proberen te vinden te midden van gewelddadige of afwezige ouders, drugs, criminaliteit en mentale problemen, en over een vrouw die 'teveel wist', een los biografisch boek over het zwijgen, de angst en tegelijkertijd het verzet tegen de drugsbendes hier gedurende de afgelopen decennia.

"Leer es revolución", stond op een van de slogans van het festival. "Lezen is revolutie"; je inlezen in andere realiteiten, gaan begrijpen, veranderen, de complexiteit van problemen in wíllen zien om de kern van maatschappelijke crises te begrijpen, en dat het liefst als je middenin het decor van de literatuur staat. Ik vind een zonnig grasheuveltje naast twee kletsende vrouwen en een gezin, koop een Hatsu ice tea (populair hier) en lees en schrijf, over wat deze indrukken nu allemaal met me doen, wat ze betekenen, en waarom ik bepaalde ervaringen persoonlijk opvat. Het is makkelijk verschillende lastige ervaring op een hoop aan ellende te gooien: "wat heeft dit land veel problemen, wat hebben de mensen het hier zwaar, wat zijn de mannen über-ongeëmancipeerd...". Het is een heel ander land met compleet andere geschiedenis, cultuur, gewoontes en energie. Gelukkig heb ik nog meerdere maanden om het allemaal in constructieve context te plaatsen. Er schalt een salsa band uit de verte en ik ben weer geland in het mooie Medellín.

Net als ik me weer vredig met mijn boek en nieuwe inzichten voel, komt er een man naast me zitten. Ik glimlach: Het leven geeft me meteen even oefenmateriaal voor mijn her-overwonnen mindful inzet. We praten over de warmte, veel politiek, en zijn carriëre als elektrisch ingenieur of iets dergelijks. Hij is 37, lacht hij, en "Oh, wat jong zeg, jij 23. Laten we nummers uitwisselen!" Ik heb even geen energie om hier tegenin te gaan en besluit er maar om te lachen. Lezende vrouwen zullen dit misschien begrijpen - soms is een nummer geven en achteraf blokkeren gewoon minder moeite. Ik kijk naar mijn boek en hij begrijpt dat ik verder wil lezen, héhé. Het volgende uur word ik - volgens verwachting - 7x gebeld, zowel op telefoon als of Whatsapp. Blokkeren en wissen, overboord met weer zo'n man die het ergens misschien ook niet kan helpen nog nooit met enig feministisch gedachtegoed te maken gehad te hebben. Ondertussen ben ik aanbeland bij een Tandoori restaurant in een hip foodhallen-achtig centrum met lieve serveersters en goede curry.

Het is een erg seksistische maatschappij hier, en ja, zo zit de hele wereld in elkaar, maar hier uit zich dat allemaal een stuk visueler dan we in Europa - Amsterdam of Barcelona uit eigen vergelijking sprekend - gewend zijn. Tegelijkertijd zijn er talloze mooie educatieve initiatieven, vecht de Iberacademy door voor gelijke kansen en respectvolle communicatie aan de hand van muziek, lopen er op vrijdagavond protesten tegen de minderjarige seks industrie dwars door de meest hippe feestwijk, en zie ik net in de metro een poster die een evenement aankondigt met als titel: "La sexualidad como contrato. Pensar lo humano 2022: Nosotros, los seres sexuados." ofwel: "De seksualiteit als contract. Het menselijke denken (in) 2022: Wij, geseksualiseerde wezens", een panel gehost door drie feministen aankomende donderdag avond. Een mooie gelegenheid om al deze gedachteprocessen in een actief en lokaal kader te zetten. Hier volgt binnenkort nog wel een verslag van. 

Take-away van dit weekend: Het is in ieder geval absoluut niet saai hier, er bewegen zich honderden meningen, problemen en oplossingen door elkaar heen en ik wil proberen die niet steeds vanuit mijn Hollands-academisch-privilege perspectief te benaderen. Daarnaast is het schrijven van essays over vrouwenongelijkheid en maatschappelijke crises in Zuid-Amerika voor een elitaire studie vanaf een comfortabele bank in Amsterdam-Zuid eigenlijk gewoon totaal waardeloos als het doel van zo'n essay is die plaatselijke problematiek beter te begrijpen. Joe!

Foto’s